Parkeren

Met een gehandicaptenparkeerkaart parkeert u dicht bij uw bestemming. Vaak op speciale parkeerplaatsen bij bijvoorbeeld een winkelcentrum of ziekenhuis.

Er zijn 3 soorten parkeerkaarten:

• bestuurderskaart B: voor mensen die zelf autorijden
• passagierskaart P: voor mensen die met iemand meerijden
• instellingskaart I: voor instellingen waar gehandicapten wonen

De bestuurderskaart en passagierskaart zijn persoonlijke kaarten (persoonsgebonden). U kunt deze kaarten dus in elke auto gebruiken. Ze zijn geldig in alle landen van de Europese Unie. Een instellingsparkeerkaart kan alleen een zorginstelling aanvragen.

Voorwaarden

• U kunt de bestuurderskaart en passagierskaart aanvragen als u minstens een half jaar niet meer dan 100 meter kunt lopen. Ook niet met hulpmiddelen zoals een stok of krukken.
• Voor de passagierskaart geldt een extra voorwaarde: u hebt de hulp van de bestuurder nodig om van deur tot deur te reizen. 

Bij het aanvragen van de kaarten vindt een (medische) keuring plaats. 

Parkeerkaart aanvragen

• Gemeente: Een gehandicaptenparkeerkaart vraagt u aan bij uw gemeente. U betaalt een vergoeding voor de kaart. De kosten verschillen per gemeente. Heeft u een laag inkomen? Dan krijgt u mogelijk een vergoeding voor de kosten.
• Centraal Bureau Rijvaardigheid (CBR): Staat u niet als inwoner ingeschreven bij een gemeente? Dan vraagt u een gehandicaptenparkeerkaart aan bij het Centraal Bureau Rijvaardigheid (CBR).

Meer weten?

• Over de parkeerkaart en de voorwaarden
• Over de regels in het buitenland (Europese gehandicaptenparkeerkaart)

 

Betrouwbare informatie

Deze informatie komt uit Regelhulp, een betrouwbare informatiebron van de overheid.